Zwart

PollekeColumn

De geur van zwart is me dierbaar. Ik koester hem in vele gedaanten. Het meest nog wanneer hij me onverhoeds tegemoetkomt, uit mijn eigenste verre of nog verdere verleden, als een dampende herinnering. Maar vaak is hij het ook die me staande en gaande houdt, kop na kop, zoals nu terwijl ik dit artikel schrijf. En soms, of eigenlijk altijd, maar dat weet hij verduiveld goed te verbergen, houdt hij me gaande door zich grijnzend voor me uit te strekken. >> Klik hier om de volledige tekst te lezen (uit de reeks ‘Woord verklaard’)

Kleur

PollekeColumn

‘Wat denk je?’, vroeg het snapshot dat zij die ik liefste noem, me stuurde. Driekwart van het beeld werd gevuld met een grauwgrijze tegelvloer. Alleen in de hoek linksonder drongen twee onvoorwaardelijk lentewitte benen het kader binnen. Ik zou ze buiten beeld aan geen ander willen toeschrijven dan aan haar en haar bloesemblanke billen en verder nog haar bos en duin waarin ik wel eens mag wandelen, verdwalen en verdwijnen. Aan de voeten onder die benen vlamden, in close-up, twee hakjes. Ze likten aan haar enkels, verlangend naar wat zich nog niet laat aanschouwen, zoals de hemel in het oosten net voor de zon opgaat. Haar vraag behoefde geen antwoord, maar wat ik dacht, was openhartig oranjerood. >> Klik hier voor de volledige tekst (uit de reeks ‘Woord verklaard’)

Legoblok

PollekeColumn

In den beginne was er Duplo. Nog voor ik het woord in de mond kon nemen, lagen de logge legoblokken al uitgespreid over de roodbruine tegels van de linoleumkeukenvloer in het ouderlijke huis. Ze waren de bouwstenen van mijn vroegste herinneringen en alle andere verhalen die ik voorlopig kon verzinnen. Want nog voor de woorden even onvoorwaardelijk en weelderig bleken als de liefde van zij die me de taal leerde kennen, spraken de blokken boekdelen. Nog voor de woorden zich lieten optassen tot al dan niet fraai tegenspel aan vragen, verhitte verwachtingen en gespannen verlangens, vertelden de opeengestapelde stenen in verzadigde kleuren alles wat ik was en wilde worden. Herinneringen en droombeelden pasten netjes ineen; elk bouwwerk stond als een levensverhaal en was even waargebeurd als verzonne >> Klik op de titel voor de volledige tekst (uit de reeks ‘Woord verklaard’, 1oo% EXPO)

Breugeliaans

PollekeColumn

De zon straalde schijnbaar nog onveranderlijker dan anders. Net als de laatste zomer was die van vijftien jaar geleden er een van overvloedig baden in licht, okselvijvers en de gloed van nieuwe, voelbaar verhitte herinneringen. Ik studeerde dat seizoen in Wenen, om een taal te leren waarin woorden, bijzinnen en koele zinnelijkheid zich laten opstapelen tot majestatische bouwwerken van storm, drang en lijdzame begeerte. Geen betere plek daarvoor, zo leek me, dan de hoofdstad van een voormalige dubbelmonarchie. Wenen, waarover Musil schreef dat de stad ‘schoon en oud, met haar architecturale praal, in de loop der tijden voortgekomen uit wisselende smaak, één groot getuigenis (is) van het vermogen lief te hebben en het onvermogen dat blijvend te doen’. >> Klik hier om de volledige tekst te lezen (uit de reeks ‘Woord verklaard’, 1oo% EXPO)

Beurs

PollekeColumn

Het was zoals gewoonlijk dertig oktober. In het beursgebouw dat tegenwoordig Antwerp Expo heet – wat abusievelijk de indruk kan wekken dat er ook al eens Antwerpse kunst om de kunst wordt getoond – stegen de spanning en de temperatuur gestaag. En dan moest de exclusieve massa genodigden, die buiten al geruime tijd het gure jaargetijde trotseerde, de standen met werk van naaisters, hobbykoks en allerlei literatoren nog overspoelen – om er zich lustig te laven aan het opgestapelde lettergoed, de bodemloze glazen, de gebakken lucht. >> Klik hier voor de volledige tekst (uit de reeks ‘Woord verklaard’, 1oo% EXPO)

Muze

PollekeColumn

Ze kijkt met ingehouden adem. Alsof ze de tekening in de hal van het huis waarin we net zijn thuisgekomen voor de eerste keer ziet. De negen muzen staan er in hun naakte potloodlijnen nochtans al een kleine eeuwigheid elegant tegen de muur geleund. Alleszins van voor onze geschiedenis hier begon. Half verscholen achter elkaar slaan ze geanimeerd gade hoe onze levens ‘s morgens een eigen weg gaan. Om de verhalen en verlangens te verzamelen die we ‘s avonds als ons dagelijks brood zullen delen. >> Klik op de titel voor de tekst (uit de reeks ‘Woord verklaard’, 1oo% EXPO)

Napels

PollekeColumn

Een onopvallend poortje in een onopvallend eeuwenoude gevel. Erachter een lange trap die leidt naar een ruime binnenplaats, overwelfd met de geur van citroenbomen rond Pasen. Een licht grijzende ober met strik glijdt van tafel naar tafel, tussen de vingers van beide handen een tros wijnglazen. Bij het begin van zijn ronde minstens twintig in totaal. Aan elke met zorg gedekte tafel laat hij er behendig en met zonnige zwier enkele vantussen glijden. Het zijn de opgeblonken kelken van zijn gastvrijheid, klankschalen van vertier, vergaarbakken van vibrerende herinneringen die een hele avond gevuld en geledigd en weer gevuld en ook weer geledigd zullen worden. Met argumenten, tegenargumenten en vast ook wel wat gefluisterde liefdesverklaringen. Om uiteindelijk uitgeput in de vergetele roes van de nacht over te lopen. Elke avond opnieuw, behalve maandag. >> Klik op de titel voor deze tekst (uit de reeks ‘Woord verklaard’, 1oo% EXPO)

Activisme

PollekeColumn

‘Het creatief vermogen schuilt in de ruimte, de bouwstof in de aarde.’ Met de jaren herken ik in de hanenpoten van mijn vader steeds vaker sporen. Kriskras verspreid over vodjes papier benoemen ze denkbeelden die hij in hout en steen wist vrij te kappen, bij te schaven, te polijsten. Tot ze even afgetekend als zachtaardig vorm gaven aan een onwankelbaar geloof, door de schroeiplekken van een wereldbrand nog scherper omlijnd. Een geestrijk levenselixer voor wie wil zoeken. Naar onbegrensde schoonheid. In zijn ogen en handen de essentie van een mensenleven. >> Klik op de titel voor de volledige tekst 

Connectie

PollekeColumn

Een gloeiende spleet schroeide de randen van de gordijnen en beloofde een dag zoals er dit jaar al meer dan gemiddeld geweest zijn. Aan de andere kant van zorgeloze uren stond de zon zich op te warmen voor een nieuwe tocht naar het zenit van haar jaarlijkse roem. Het slimme toestel dat mij voor dit lichtfeest had gewekt, serveerde meteen de niet onaangename orde van de dag. En de berichten die zich in het holst van mijn slaap hadden opgestapeld tot digitaal ontbijt. Een van hen bleek een uitnodiging. Van een jongedame. Of ik me met haar wilde connecteren. Het woord knetterde alvast als een haardvuur. >> Lees hier de tekst (in de reeks ‘Woord verklaard’, 1oo% EXPO) 

Wandelboulevard

PollekeColumn

Binnen de onneembare vesting van de tijd ademt de stad de jaren in en uit. Zij bouwt, zij breekt af, herbouwt om andermaal te slopen, te herrijzen, haar tentakels te spreiden – op het ritme van voortschrijdend inzicht graaft en stapelt zij zichzelf een bestaan; zij is een bouwput waarin de geschiedenis steen voor steen wordt opgehoogd. >> Lees de tekst (uit de reeks ‘Woord verklaard,’ 1oo% EXPO).

Erfgoed

PollekeColumn

Of het om een nieuwe trui ging of de art-decoluster van een grootmoeder, zorgzaamheid was mijn erfdeel. Zoals later ook voor de gebeitelde en geboetseerde nalatenschap van de te vroeg overleden vader. Zijn beeldhouwwerken zijn mijn eigen kleine patrimonium, mijn vaderlijk erfgoed in hout, steen en brons, mijn afstamming die ik heb te beheren. En te eren. >> Lees de tekst (uit de reeks ‘Woord verklaard,’ 1oo% EXPO).